Stad Leuven creëert nieuw stukje natuur om te spelen aan Sint-Maartensdal

Kettekeet

Vlakbij De Kettekeet, de kinderwerking van buurtcentrum Sint-Maartensdal, heeft de stad Leuven voor een nieuw stukje natuur gezorgd. Vogelbosjes, heuveltjes met planten, nieuwe bomen en houten speelelementen vormen er een uitdagende speelplek voor kinderen uit de buurt. Dit project werd gerealiseerd met een subsidie van het Agentschap Natuur en Bos.

“Ik ben enorm blij met het resultaat. Je vergeet hier bijna dat je in het dicht bebouwde centrum van de stad zit. En wat leuk is: kinderen kunnen de natuur hier echt beleven. Bomen en bloemen rondom hen, terwijl zij klimmen en klauteren. Vogels en bijen die af en aan vliegen. Dat geeft een bevrijdend gevoel. Ook dat is de kracht van bomen, struiken, insecten en kleine dieren in de stad”, zegt schepen van Openbaar Groen Lalynn Wadera (Vooruit).

Kinderen genieten

Voor de kinderen uit de buurt is het nieuwe stukje natuur een extra welgekomen speelplek. Zij krijgen er een uitdagend evenwichtsparcours, twee hangmatten en ​ pingpongtafels bij. “Op een dichtbevolkte plek als deze, met hoogbouw midden in de stad, is elke speelplek een troef. Zeker als die plek een natuurlijk, rustgevend karakter heeft. Die voorwaarden vonden we als stad erg belangrijk”, zegt schepen van Jeugd Dirk Vansina (CD&V). “In en rond De Kettekeet, waar kinderen ook terecht kunnen in de moestuin van de buurtwerking, bieden we kinderen en jongeren de kans om in de stad voeling te krijgen met de natuur.”

Plantenkeuze

“De aanleg van dit stukje natuur vormde vooral een uitdaging omdat de ondergrond tussen de hoge gebouwen geen ideale voedingsbodem is voor bomen”, weet schepen Wadera. “Maar we zijn daar creatief mee omgesprongen.”

In een eerste fase heeft de stad veel nieuwe aarde aangevoerd. Daarop groeiden het voorbije jaar phacelia’s, bloemen die de aarde verrijken. Daarna pas plantte de stad een grote variatie, vooral inheemse bomen en planten: 20 grote struiken (hazelaar en kornoelje), 16 bomen (eik, haagbeuk, olm, els en linde) en ongeveer 200 stuks bosgoed (gele ribes, appelkers, krent, rode kornoelje, sporkehout, vlier, veldesdoorn, meidoorn en mispel). Een heel doordachte keuze. De stad volgt de jonge bomen en planten nu in het eerste seizoen goed op. ​ De bomen die toch minder succesvol groeien, zullen elders in de stad een plaats krijgen.

“We blijven verder zoeken naar kansen in de stad om de natuur dichter bij de Leuvenaar te brengen. Dat kan in de vorm van een buurtbos of meer op de manier zoals we hier gedaan hebben. Als ik de resultaten zie, dan weet ik dat we hiermee de stad leefbaarder maken voor de Leuvenaars van vandaag en die van de toekomst", besluit Wadera.

Lees meer over